We brengen eigenlijk altijd wel een bezoekje tijdens ons verblijf aan het meer van Iznajar. De weg er naar toe alleen al is een belevenis. Overval om je heen zie je olijfbomen. Warme droge zomers en milde winters daar gedeien deze altijd groen blijvende bomen heel goed in. De oogst vind in het najaar plaats en je ziet de vruchtjes met de dag groter worden.

Wanneer je vanaf ons huis langs de grootste  olijfboomgaarden van Europa rijdt zie je ineens achter de heuvels een prachtig blauw meer opduiken met daarachter bovenop de berg het schattige nog niet door toeristen bedorven dorpje Iznajar liggen.

Aan de rand van het water zie je bij het zand kleur verschil daaraan zie je dat het water nog steeds niet zo hoog staat. We rijden door naar het brede strandje. De Spanjaarden zelf rijden graag het strand op met de auto helmaal totaan het water. Ze laden daar hun partytent, klapstoeltjes en koelbox uit. Ze zetten de muziek aan en zitten zo de hele dag te chillen met famillie en vrienden.

Ik zag iets nieuws dit keer, er was een mooie steiger gebouwd. Dit is natuurlijk voor de nieuwe tourboot waarmee je een rondvaart kan maken over het ruim 30 km lange meer. De chiringito’s aan het strand zijn door de weeks dicht, logisch in de maand oktober komt hier ook geen kip. Daarom reden we naar een klein tapastentje in de buurt. De serveerster kon de druk niet aan en we kregen pas onze tapas toen de laatste mensen weg waren. Ach we moeten maar geduld hebben hier op het platteland in Spanje, don’t hurry be happy.